Een artikel over een al dan niet verplichte vaccinatie is in het Arbeidsrecht Journaal gepubliceerd. Het artikel tracht een aantal inzichten te verschaffen bij de mogelijke of passende wettelijke basis voor een eventuele vaccinatieplicht en de beoogde doelstellingen daarvan.
Het artikel is beschikbaar in het Nederlands op de website van het Arbeidsrecht Journaal: Moet de overheid vaccinatie verplichten en hoe dan?
De auteurs van dat artikel zijn Valérie Vervliet en Nadine Gilis, juristen bij de Algemene Directie Humanisering van de Arbeid van de Federale Overheidsdienst Werkgelegenheid, Arbeid en Sociaal Overleg.
Samenvatting van het artikel
Wat is het doel?
Als het doel het beschermen van ieder individu tegen ziekte, hospitalisatie en overlijden is, is het nodig om zoveel mogelijk mensen te vaccineren en lijkt een verplichte vaccinatie van de hele bevolking een mogelijke optie. De basiswet hiervoor bestaat al, namelijk de Gezondheidswet van 1 september 1945. Op grond van deze wetgeving bestaat er bijvoorbeeld sinds 1967 een verplichte vaccinatie tegen polio voor de hele bevolking.
Als het doel is om personen te beschermen die aan bijzondere risico’s zijn blootgesteld, komen de welzijnswet van 4 augustus 1996 en de codex over het welzijn op het werk in het vizier. Als gevolg van deze wetgeving moet de werkgever een risicoanalyse maken om te bepalen welke werknemers aan het risico zijn blootgesteld. Zo lopen bepaalde werknemers als gevolg van hun werk een verhoogd risico op een besmetting met het virus, bijvoorbeeld omwille van nauw fysiek contact met andere personen (bv. zorgpersoneel, personeel dat coronatests afneemt, werknemers in kleuterscholen en crèches, kappers, schoonheidsspecialisten, ...).
Het gaat daarbij steeds om de bescherming van de werknemers zelf en alleen van werknemers, aangezien zelfstandigen in principe niet onder het toepassingsgebied van de welzijnswetgeving vallen, zodat hen dus op basis van deze regels geen vaccinatieplicht kan worden opgelegd.
Als het doel is om kwetsbare personen te beschermen, kan men overwegen om personen te vaccineren die, zoals het zorgpersoneel, in hun professionele omgeving in contact komen met individuen die een verhoogd risico lopen op een besmetting met mogelijk ernstige gevolgen. Dergelijke verplichte vaccinaties hebben vooral tot doel om kwetsbare individuen met wie het personeel contact heeft, te beschermen (de zogenaamde “altruïstische” vaccinatie).
Een verplichte vaccinatie van deze mensen beoogt voornamelijk het beschermen van de (volks)gezondheid, niet van de gevaccineerde zelf, en zou dan ook in een regelgeving ter bescherming van de volksgezondheid moeten worden verankerd.
Als het doel bestaat uit het bereiken van groepsimmuniteit, is het in de eerste plaats belangrijk om in te zetten op communiceren en sensibiliseren. Als de vaccinatiegraad niet hoog genoeg wordt om te kunnen spreken van een echte groepsimmuniteit, kan ook ‘nudging’, waarbij men mensen zonder vaccinatiepas of testcertificaat bepaalde zaken ontzegt, een goede stimulans zijn om de groepsimmuniteit te verkrijgen. Tenzij men ervoor kiest om vaccinatie voor iedereen te verplichten.
Welzijnswetgeving als wettelijke basis voor vaccinatie?
Als de overheid in de toekomst opteert voor een vaccinatieplicht om kwetsbare groepen of de hele bevolking te beschermen, wordt deze verplichting best geregeld via regelgeving die de bescherming van de volksgezondheid beoogt, en niet via de welzijnswetgeving. De welzijnswetgeving heeft namelijk niet als doel om kwetsbare derden waarmee werknemers tijdens de uitvoering van hun werk in contact komen, zoals patiënten en bewoners van rusthuizen, te beschermen. Deze wetgeving kan de bescherming van deze kwetsbare derden dan ook niet garanderen.
De welzijnswetgeving kan bovendien alleen worden gebruikt om werknemers of ambtenaren te verplichten tot vaccinatie, maar is niet van toepassing op zelfstandigen, sommige vrijwilligers, enzovoort. In de zorgsector zijn juist heel wat personen zonder werknemersstatuut actief. Als de bescherming van de werknemer zelf wel als doelstelling wordt vooropgesteld, zoals bij de verplichte Hepatitis B-vaccinatie van bepaalde werknemers, kan men de vaccinatieplicht moeilijk beperken tot het zorgpersoneel alleen. Het is in dat geval niet evident om te bepalen voor wie de vaccinatieplicht moet gelden.
Waarom vaccinatie?
Vaccinatie biedt zonder twijfel veel meer voordelen dan nadelen, omdat het de ernst van ziektesymptomen afzwakt en zorgt voor een betere algemene bescherming tegen virusoverdracht. Vaccinatie draagt er daardoor ook toe bij dat ziekenhuizen niet overbelast raken en dat hun normale werking niet wordt verstoord. Hoe groot het voordeel voor de anderen in zijn omgeving is, blijft voorlopig enigszins onzeker: gevaccineerd zijn betekent immers niet dat men geen virus meer kan overdragen.
Vaccinatie is zeker één van de preventiemaatregelen om de pandemie te bestrijden. Wanneer de vaccinatiegraad voldoende hoog is, kunnen bepaalde strikte regels voor gevaccineerden worden versoepeld, ook om de vaccinatie verder aan te moedigen. Zolang de vaccinatiegraad op bepaalde plaatsen niet voldoende hoog is, blijft het belangrijk dat daar ook andere preventiemaatregelen nog steeds worden toegepast. Voor de ondernemingen zijn deze vermeld in de generieke gids om de verspreiding van COVID-19 op het werk tegen te gaan (PDF, 7,63 MB).
Diverse artikels op BeSWIC
Op deze website zijn er diverse artikelen over vaccinatie gepubliceerd. Hieronder enkele voorbeelden:
- Werkgeversorganisaties en vakbonden ondersteunen vaccinatiecampagne
- Standpunt van de sociale partners over de vaccinatiestrategie
- Standpunt van de sociale partners over het meedelen van de vaccinatiegraad van de onderneming
- Covidvaccinaties: wat er allemaal bij komt kijken naast de preventie van prikongevallen
Raadpleeg ook de pagina over de rol van de arbeidsarts bij vaccinatie, beschikbaar in de rubriek Thema’s > Informatie voor behandelende artsen > Vaccinaties en opvolging.
Arbeidsrecht Journaal: relevante artikels
Het Arbeidsrecht Journaal is een aanvulling op de maandelijkse Nieuwsbrief Arbeidsrecht. In de Nieuwsbrief wordt er aan de lezer een overzicht gegeven van de arbeidsrechtelijke actualiteit via een objectieve en neutrale weergave van de voornaamste juridische bronnen en hun inhoud. In het Arbeidsrecht Journaal ligt de focus op analyse, duiding en commentaar bij de actuele ontwikkelingen in het arbeidsrecht.
Recent heeft het Arbeidsrecht Journaal een aantal interessante artikels rond welzijn in het algemeen en het arbeidsrecht in de coronaperiode gepubliceerd. Hieronder enkele voorbeelden:
- over de vraag of men gevolgen mag verbinden aan de vaccinatiestatus van de werknemer: Het vaccin. Gamechanger in de samenleving, keuze op de werkvloer;
- over arbeidswetgeving en de beheersing van COVID-19: Corona en het arbeidsrecht: een Q&A;
- over de generieke gids om de verspreiding van COVID-19 op het werk tegen te gaan: De Belgische exit-strategie en het arbeidsrecht: de rol van de generieke gids;
- over telewerk:
- over huispersoneel en dienstboden: Het welzijn van dienstboden en huispersoneel: thuis op de werkvloer.
Adviezen over vaccinatie
Op de website van de Hoge Gezondheidsraad kan men diverse adviezen over vaccinatie vinden via de zoekterm ”vaccinatie”.
Ook deze adviesorganen hebben hun advies gegeven over de verplichte vaccinatie van het zorgpersoneel:
- de Federale Raad voor Ziekenhuisvoorzieningen: Advies van de FRZV als antwoord op de adviesvraag: “de verplichting van vaccinatie voor zorgverleners”;
- de ‘Académie royale de Médecine de Belgique’ en de Koninklijke Academie voor Geneeskunde van België: Gemeenschappelijk advies over de verplichte vaccinatie van zorgpersoneel tegen SARS-CoV-2 (PDF, 171 KB).
Over het gemeenschappelijk advies heeft de nationale raad van de Orde der artsen dit standpunt meegedeeld: Verplichte vaccinatie van zorgpersoneel tegen SARS-CoV-2.